Inmiddels weten we dat een subgroep van mensen die Covid hebben gehad na 3 maanden nog steeds klachten kan hebben, en soms zelfs veel langer. (1) Dit noemen we long-Covid, oftewel langdurige Covid (niet te verwarren met een longontsteking door Covid-19). Naast vermoeidheid en andere klachten (verspreid over verschillende orgaansystemen), zien we bij deze patiënten vaak symptomen van post-exertionele malaise, oftewel: je na inspanning nog veel slechter voelen.(1) Het gaat dan vooral om een verergering van de vermoeidheids- en pijn gerelateerde symptomen die de patiënten sowieso al frequent ervaren.
Opvallend is dat dit kan optreden na zowel fysieke als ook mentale inspanning. Dit laatste doet suggereren dat er iets aan de hand is in het cel metabolisme van verschillende soorten cellen, en het een weefsel-brede of overkoepelende aandoening zou kunnen zijn. Maar, zoals bij veel nieuwe ziekten en aandoeningen, wisten we hier het fijne nog niet van. Wisten inderdaad, want er is een nieuw onderzoek uitgekomen wat ons betere inzichten geeft over de oorzaak van long-Covid. (2)
Nieuw onderzoek naar long-Covid toont zichtbare lichamelijke afwijkingen
In januari van dit jaar (2024) publiceerde een Nederlandse (yay!) onderzoeksgroep hun onderzoek in het prestigieuze medische tijdschrift Nature.(2) In deze studie vergeleken ze 25 patiënten met long-Covid (gediagnosticeerd op basis van o.a. WHO-criteria door 2 verschillende artsen en minimaal 6 maanden lang klachten) met een controlegroep van 21 mensen die wel een milde SARS-CoV-2-infectie hebben gehad, maar daarna volledig waren hersteld. Beide groepen hadden een milde SARS-CoV-2 infectie doorgemaakt zonder ziekenhuisopnames en beide groepen waren voordat ze Covid kregen gezond en sociaal actief.
Alle proefpersonen werden flink aan het sporten gezet door middel van een steeds zwaarder wordende fietstest, waarbij onder andere een hartfilmpje (ECG) en bloedtesten werden gedaan. Ook werden er spierbiopten uit het bovenbeen genomen, om de spiercellen voor en na de inspanning te kunnen bekijken.
Zuurstofopname en piekvermogen lager bij long-Covid patiënten
Er werd veel gemeten, en er werd ook veel gevonden. Zo bleek de maximale zuurstofopname (VO2max) en het piekvermogen significant lager waren bij long-Covid patiënten. Ook andere ademhalingsfuncties waren slechter in long-Covid patiënten, zonder dat (op basis van andere metingen) het cardiovasculaire systeem aangetast leek te zijn. De vermoeidheid na inspanning van long-Covid patiënten lijkt dus op basis van deze metingen niet aan het hart of het cardiovasculaire systeem te liggen.
Vermoeidheid bij long-Covid mogelijk verklaard door veranderingen in stofwisseling van cellen
De verschillende bloedmetingen wezen eigenlijk allemaal in dezelfde richting: de aanwezigheid van perifere skeletspierstoornissen bij patiënten met long-Covid ten opzichte van de mensen zonder long-Covid. Al met al deden de onderzoekers nog een heleboel meer bloedmetingen gericht op deze spieren, en natuurlijk de biopsieën van de spieren. En wat bleek?
Er werden metabolische veranderingen (veranderingen in de stofwisseling) in de skeletspieren gezien, waar bij patiënten met long-Covid meer sneller vermoeide spiervezels werden gezien dan bij de mensen zonder long-Covid. Het ging hierbij om tekenen van schade aan het spierweefsel zelf gecombineerd met een vermindering van de mitochondriale enzymactiviteit van de skeletspieren (de mitochondriën zijn als het ware het energiesysteem van de cel). Ook werden er meer immuun cellen (T-cellen) aangetroffen in de spiercellen van de patiënten met long-Covid.
Kortom: er was op microscopisch gebied nogal wat aan de hand met de spiercellen van patiënten met long-Covid, met name op het gebied van adequate spiercelwerking inclusief de energiehuishouding van die spiercellen. Dit maakt hen logischerwijs mogelijk vermoeider, inclusief vermoeider na forse inspanning.
Geen direct zuurstofgebrek bij long-Covid patiënten
Interessant is nog te benoemen dat er ook werd gekeken naar de aanwezigheid van amyloïd in de spiercellen van beide groepen. Dit is een bepaald soort eiwit die zich kan ophopen, waardoor organen minder goed kunnen werken. Deze eiwitten werden wel gevonden náást de cellen, maar niet ín de cellen van patiënten met long-Covid. En misschien nog wel belangrijker: het werd niet gevonden in de bloedvaten.
Waarom dit van belang is? Een van de hypothesen voor de verklaring van long-Covid was dat amyloïd zich zou ophopen in de vaten, en daarmee de bloedtoevoer (en dus zuurstoftoevoer) naar de spieren zou verminderen. Dit bleek dus niet het geval te zijn. Sterker nog: er werden überhaupt geen tekenen van direct zuurstofgebrek van de spiercellen gevonden. Wat dat amyloïd rondom de spiercellen dan wél zegt, en of het iets met de klachten die mensen met long-Covid ervaren te maken heeft? Dat weten we nog niet.
Conclusie: long-Covid heeft iets te maken met de energiehuishouding van cellen
Al met al weten we door deze studie dat de symptomen van patiënten met long-Covid, specifiek de vermoeidheid die mensen ervaren na inspanning, mogelijk iets te maken heeft met de veranderingen in en om de spiercellen, met name de veranderde energiehuishouding van die cellen. Hoe dit nou precies komt, en wat je eraan kunt doen, dat is een tweede.
En natuurlijk heeft ook deze studie zijn beperkingen
Allereerst had de studie maar weinig proefpersonen. Ook was de studie observationeel van aard, waardoor een oorzaak-gevolg relatie niet kan worden bevestigd. Tevens werden er alleen spierbiopten genomen, en geen biopten van andere weefsels. Aangezien patiënten met long-Covid ook na mentale inspanning een toename van klachten kunnen ervaren, en mentale inspanning niet met je spieren verricht wordt, zou het best zo kunnen zijn dat andere weefsels ook (overkoepelende) veranderingen hebben ondergaan die verklarend kunnen zijn voor de klachten. Maar dat is nu slechts mijn eigen hypothese.
Consequenties van deze onderzoeksresultaten en toekomstmuziek
Belangrijk aan deze studie is dat er een eerste stap is gezet in het begrijpen van het nu nog zo ongrijpbare long-Covid. En dat heeft nú al consequenties. Ten eerste voor de behandeling. Tot nu toe was sporten hier een groot onderdeel van. Nu we weten dat de spiercellen van long-Covid patiënten mogelijk anders functioneren, zouden hier misschien aanpassingen in gemaakt moeten worden. Maar ten tweede heeft het ook consequenties voor de erkenning van de klachten die zo veel mensen na Covid langdurig ervaren: het zit namelijk bewezen níet tussen de oren. En hoewel er niets mis is met psychische aandoeningen, en mentale gezondheid ook gewoon gezondheid is, is long-Covid nu bewezen geen psychische ziekte (al heeft het denk ik wel degelijk psychische consequenties wanneer je je langere tijd zo vervelend voelt).
Als laatste heeft dit onderzoek mogelijk consequenties voor patiënten met andere vermoeidheidssyndromen, die niet uitzonderlijk kunnen ontstaan na een infectieziekte. (3,4) Het onderzoek naar long-Covid, waar nu én aandacht voor is én doorbraken in zijn, opent mogelijk nieuwe hypotheses en onderzoeken naar deze andere ziektebeelden. Met hierbij hoop op inzichten, behandeling en herstel.
Referenties:
コメント